Dat er over zes jaar binnen de Ring alleen nog elektrisch vrachtverkeer rijdt, is een utopie. Er zijn gewoon niet genoeg voertuigen en oplaadpunten. ‘In 2025 zullen we nog heel wat uitzonderingen nodig hebben.’


Beeld urfinguss/Getty Images/iStockphoto

Voor het goederenvervoer in de hele stad Amsterdam zijn volgens onderzoekers 30.000 bestelwagens en 4700 op stroom rijdende vrachtwagens nodig.

Amsterdam wil in 2025 een ‘uitstootvrij centrum’: alle bussen, taxi’s en vaartuigen moeten dan binnen de Ring op stroom of waterstof rijden en niet meer op diesel of benzine. En dat geldt ook voor de bestelauto’s en vrachtwagens die nodig zijn om Amsterdam en zijn inwoners te bevoorraden. Vanaf 2030 geldt dat voor de hele stad. Het gaat daarbij om bestelwagens die post en pakketjes bezorgen, maar ook winkels en horeca beleveren of voertuigen die in gebruik zijn bij dienstverleners als elektriciens of loodgieters. Ook de vrachtwagens die nodig zijn voor het bevoorraden van supermarkten, bouwplaatsen en logistieke knooppunten, moeten aan stroom of overstappen op waterstof.

Productietekort

Maar volgens onderzoek van Buck Consultants, uitgevoerd met onder meer TNO en de Hogeschool van Amsterdam, is dat niet haalbaar. “Ik schat dat er in 2025 nog heel wat uitzonderingen voor dieselvervoer nodig zijn,” zegt Gerard Vos van Buck Consultants. Vooralsnog zijn alleen uitzonderingen gemaakt voor de zwaarste trucks. Om in de stad het vrachtvervoer elektrisch af te wikkelen, zijn volgens het onderzoek 30.000 elektrische bestelwagens en 4700 vrachtwagens nodig. Daarvan hebben 1100 vrachtwagens en 15.000 bestelwagens hun thuisbasis in de stad. Op dit moment rijden er in Amsterdam nog maar enkele honderden elektrische vracht- en bestelwagens rond.

866

Om alle elektrische vrachtwagens en bestelauto’s in de stad op te laden, is per jaar 866 gigawattuur stroom nodig. Om het hele stadstransport aan de stroom te krijgen, worden de komende jaren simpelweg te weinig elektrische bestelwagens en vrachtauto’s gemaakt om alleen al aan die Amsterdamse opdracht te voldoen. Zeker omdat nog eens dertig tot veertig Nederlandse steden – en metropolen als Londen en Parijs – plannen hebben voor net zulke ‘nul-uitstootzones’ als Amsterdam.

De onderzoekers moeten nog bekijken wat daar de gevolgen van zijn. “We hebben Amsterdam als voorbeeld genomen,” zegt Vos. “Als het daar lukt, moet het elders ook haalbaar zijn. Maar we moeten nog onderzoeken wat nodig is als alle logistiek elektrisch moet zijn. Wat is dan de impact?” Vooral als het gaat om zwaardere bedrijfs¬auto’s, elektrische vrachtwagens of vuilnisauto’s is er nauwelijks aanbod. “Fabrikanten zijn nog bezig met de ontwikkeling van zwaardere voertuigen,” zegt Vos. “De bevoorrading van supermarkten of bouwplaatsen zal nog met dieselvoertuigen moeten.”

Oplaadprobleem

Een tekort aan voertuigen is niet het enige obstakel voor de invoering van elektrisch transport. Om al die voertuigen op te laden is jaarlijks 866 gigawattuur stroom nodig, ruwweg dezelfde stroombehoefte als van een stad met 350.000 inwoners. Op zich hoeft dat volgens Vos geen halszaak te worden. “Dat is met circa 3 procent een fractie van de totale energiebehoefte in de stad,” zegt de onderzoeker.

Toch zal het opladen van al die voertuigen nog een probleem worden. Per dag moet er namelijk bijna 40.000 keer worden opgeladen omdat de accucapaciteit niet voldoende is voor een dag onbezorgd rondtoeren. Dat betekent dat vooral op industrieterreinen, maar ook in woonwijken en bij bedrijven, alleen al voor stads¬distributie van goederen 18.500 laadpunten moeten komen om al die voertuigen op te laden, los van de laadpalen die in de stad nodig zijn voor personenauto’s.

Het onderzoek onderkent knelpunten in met name Riekerpolder, Amstel III en Westpoort en het Westelijk Havengebied, waar veel distributiecentra en logistieke bedrijven zijn gevestigd. Buiten Amsterdam gaat dat op voor Hoofddorp en Volendam.

Beeld Laura van der Bijl

Bal ligt bij het transport

Te weinig elektrische voertuigen, een tsunami van laadpalen, extra stroombehoefte, het zijn allemaal overkomelijke problemen, zegt Gerard Vos van Buck. “De grootste uitdaging is nu vervoerbedrijven mee te krijgen.”

Sommige grote logistieke ondernemers en vervoerders als Simon Loos, Peter Appel, Albert Heijn en Sligro/Heineken zijn al om. Zo bezorgen supermarktketens AH en Jumbo al deels en Picnic helemaal elektrisch boodschappen aan huis en brengt Coolblue met een aantal elektrische trucks elektronica aan huis.

Albert Heijn beproeft op dit moment de elektrische belevering van supermarkten en distributiecentra en groothandel Sligro en Heineken hebben een aantal elektrische wagens rondrijden voor leveringen aan de horeca.

Transporteurs hikken aan tegen de kosten. De investering in elektrische voertuigen ligt zo’n 40 procent hoger dan bij een gewone dieselwagen. Vos: “Dat is vooral voor kleinere gebruikers een moeilijk punt. De verwachting is dat dat met lagere gebruikskosten terugverdiend wordt, maar er zit een risico aan.”

Vervoerders wachten nu veelal af tot vervanging noodzakelijk wordt. “Dat Amsterdam nu heeft aangegeven dat het in 2025 binnen de Ring zo ver is, helpt wel als stok achter de deur. We hebben eerder gezien dat met de invoering van milieuzones waarbij de oudste diesels werden verboden, de branche ook stappen ging maken.”

“Maar er is in de logistiek nog veel onduidelijk over elektrische voertuigen. De branche moet nu vooral worden overtuigd van de noodzaak om zulke investeringen te doen. De branche is nogal gehecht aan diesel. Elektrisch vervoer vergt ook een andere organisatie en planning. Maar, als je het mij vraagt, is dat ook een leuke uitdaging.”

Bron: Herman Stil, Het Parool
28 augustus 2019

Voor meer informatie bel 070-3352227 of e-mail: Gerard Vos, senior adviseur Buck Consultants International via gerard.vos@bciglobal.com.

Ontvang nieuws van BCI